Miljoenen guldens weg, een top van het provinciebestuur dat overal vanaf weet en gedeputeerden die weigeren tekst en uitleg te geven. Dat is de samenvatting van een van de grootste politieke schandalen die onze regio kent: de Ceteco-affaire.

In het midden van de jaren ’90 groeien de bomen tot in de hemel. De huizenprijzen blijven maar stijgen, de rente staat hoog en er lijkt geen einde te komen aan de economische groei. Als de Provincie Zuid-Holland dus wat geld over heeft (lees: 1,7 miljard gulden), dan lijkt het een logisch plan om dat geld te beleggen. Niemand hoeft te weten dat dit gebeurt met gemeenschapsgeld. En zolang er niets mis gaat, komt ook niemand daarachter.

Ceteco
Maar in juli 1999 gaat het alsnog verkeerd. Doordat in Zuid-Amerika de economie instort, gaat het handelshuis Ceteco ten onder. Laat de Provincie daar nu net bijna 50 miljoen gulden in hebben geïnvesteerd. Geld dat nooit meer terugkomt.

“In eerste instantie dachten we dat het ging om een ambtenaar die op eigen houtje handelde”, blikt toenmalig Radio West-journalist Joost Karhof terug. “Maar de bedragen werden groter en de inktvlek werd ook steeds groter, totdat duidelijk werd dat tot in de politieke top men op de hoogte was het besluit om te gaan beleggen met dit geld. Sterker nog, een paar topmensen was erbij aanwezig toen het besluit werd genomen.”

De belangrijkste hoofdrolspelers in dit verhaal zijn Karel Baarspul, de ambtenaar die het geld belegde, en Arie de Jong, de gedeputeerde van financiën. Zodra uitkomt dat de belegging fout heeft uitgepakt, wordt Baarspul op straat gezet. Hij is laaiend en stapt naar de pers.

Doofpot
Journalisten willen weten wat er aan de hand is, maar stuiten bij de Provincie op een muur van stilzwijgen. “Een echt antwoord van de Provincie kreeg je niet”, weet Karhof nog. “Hou er rekening mee, het is de periode van Paars II. Een periode van achterkamertjespolitiek en politici die denken van ‘wij weten wel wat het beste is voor het volk’. Verantwoording afleggen was dus volgens hen niet nodig.”

Gedeputeerde De Jong presteert het om een paar dagen na het uitkomen van het nieuws op vakantie te gaan. De oppositie is laaiend, maar zijn positie is niet in het geding. Dat verandert als hij Joos Karhof een paar weken later alsnog een interview geeft over het verdwenen geld.

Gedeputeerde De Jong: “Ik had dat kunnen zien en honderden mensen met mij, zoals u bijvoorbeeld”
Karhof: “Ja, maar dan is het toch verkeerd dat u het niet heeft gezien?”
Gedeputeerde De Jong: “En dat u het niet heeft gezien…”
Karhof: “Ja, maar het is uw baan”
Gedeputeerde De Jong: “Maar ook de uwe”
Karhof: “Ja, maar u bent verantwoordelijke voor financiën bij de provincie”
Gedeputeerde De Jong: “ En u bent heel geïnteresseerd in alles wat er hier bij de provincie gebeurt. En als er iets gebeurt dat u opmerkelijk vindt dan steekt u uw vinger op, net als vandaag”
Karhof: “Had u dat niet eerder moeten doen dan?”
Gedeputeerde De Jong: “Ja, maar ik ben geen journalist”

“Ik dacht dit kan niet waar zijn”, zegt Karhof, vijftien jaar na het interview. “Hij is provinciebestuurder, hij is verantwoordelijk, hij zit er namens de burgers. En hij blijft maar vol houden dat het niet erg was, omdat anderen het ook niet hadden gezien. En zij hadden hem er attent op moeten maken”.

Een dag later krijgt Karhof een fax met excuses van Arie de Jong. Een paar uur later stapt de gedeputeerde op.

Geen verantwoording
Inmiddels is het balletje aan het rollen. Er komt een groot onderzoek en daarover volgt een debat. Commissaris Leemhuis-Stout houdt tot het debat haar kiezen op elkaar. Ze belooft openheid van zaken te geven, maar die blijft uit. “Meteen aan het begin van het debat trad ze af”, zegt Karhof. “Ze heeft dus nooit verantwoordelijkheid afgelegd”.

Drie gedeputeerden en een Commissaris van de Koningin treden af. Baarspul, de ambtenaar, wordt in hoger beroep veroordeeld tot 240 uur wegens valsheid in geschrifte. Arie de Jong keert niet meer terug in de actieve politiek. Oud-Commissaris Leemhuis-Stout doet dat wel. Na enkele toezichtfuncties wordt ze in 2011 waarnemend burgemeester van Schiedam, als vervanger van Wilma Verver.